Peter Staljanssens (18-06-1970) Peter Staljanssens

Peter Staljanssens woont in de Neerstraat in Hamme, samen met zijn vrouw Martine Verschelden en zijn twee zonen Michiel en Pieter. Als kind was hij enorm gefascineerd door alles wat met de natuur te maken had. Zijn voorkeur ging vooral naar “het leven in en om het water”. Op zijn 10de kreeg hij zijn eerste Roodwangschildpadje van op de kermis.
De interesse in deze speciale groep van dieren bleef stijgen. Hij is penningmeester van de Vlaamse terrariumvereniging (vroeger OTV Anolis). Tot op heden heeft hij zijn collectie waterschildpadden uitgebouwd tot een 150 exemplaren, onderverdeeld in een vijventwintigtal soorten, allen gehuisvest in verschillend aquariums, in een speciaal daarvoor gebouwde schildpaddenkamer. Peter heeft kweekresultaten van verschillende soorten muskus- en modderschildpadden. Ook de roodwang- en bijtschildpad zorgen al een tiental jaar voor de nodige nakweek. Ook enkele Afrikaanse soorten waaronder de Afrikaanse moerasschildpad heeft al nakweek voortgebracht. Maar het meest tot de verbeelding sprekend kweekresultaat bekwam hij met de Zuid-Amerikaanse Matamata waar hij als eerste in België mee kweekte.
Van landschildpadden hebben de Griekse en Moorse landschildpad voor de nodige nakweek gezorgd. Ook kweekte Peter vroeger met verschillende soorten slangen en hagedisachtige.
Hij heeft in al die jaren een enorme kennis vergaard en heeft die samen met een andere zeer gerenommeerde schildpadden houder Jef Nys (niet de auteur van Jommeke) gebundeld in een boek.

Schildpadden “SCHILDPADDEN” is opgedeeld in twee grote delen: een eerste algemeen deel (78 pagina’s) en een tweede deel dat bestaat uit de zogenaamde "fiches".
Het eerste deel is onderverdeeld in een twintigtal onderwerpen zoals de systematiek, het skelet, de zintuigen, de bloedsomloop, de ademhaling, het spijsverteringsstelsel, het uro-genitaal stelsel, het sociaal gedrag, de temperatuurregeling, de aankoop, de huisvesting, de voeding, de groei, de dagindeling, de winterslaap, de voortplanting en de ziekten. Sommige van die hoofdstukken worden (zoals bijvoorbeeld de bloedsomloop) slechts kort besproken maar het grootste en meest gedetailleerde hoofdstuk (27 pagina’s) handelt over de voortplanting en is onderverdeeld in een aantal onderwerpen waaronder: het geslachtsonderscheid, de balts en de paring, het herkennen van een drachtig vrouwtje, het leggen der eieren, de samenstelling van een schildpaddenei, de belangrijkste parameters bij een incubatie, kunstmatige incubatie van schildpaddeneieren, het koelen en transporteren van eieren, de diapauze en dergelijke. De meeste hoofdstukken zijn bovendien opgesmukt met kleurenfoto’s.
Het algemene deel wordt afgesloten met een uitgebreide literatuurlijst en de adressen van enkele boekhandels waar men desgevallend goede standaardwerken kan bekomen.
Het tweede deel bestaat zoals hierboven reeds aangehaald uit drieëntwintig "fiches". Elke fiche beslaat, afhankelijk van de schildpaddensoort, twee tot vier bladzijden. Telkens wordt de verspreiding, de beschrijving, de huisvesting, de voeding en de voortplanting van het betreffende dier besproken, gevolgd door een korte literatuurlijst waarbij men getracht heeft zoveel mogelijk Nederlandstalige artikels te citeren. Elke fiche bevat bovendien minstens een foto van zowel het rug- als het buikschild van de besproken soort. Het boek telt 118 kleurenfoto’s,6 grafieken,5 tekeningen en telt 148 bladzijden. Het boek is zowel voor beginnende liefhebbers als voor mensen die al iets verder staan in het houden,verzorgen en kweken van land- en waterschildpadden.

confituur doeboek jeugdboekenweek boekenleeuw-boekenpauw zomer van het spannende boek Boekenbeesten literaire lente Boekenkrant COBRA.be





kadobons Boekenweekend 2014
Google